Nu je moet die buitenlandse wedstrijden ook niet gaan romantiseren, neem nu Kopenhagen: Je ziet enkel de delen van de stad waar het parcours zich bevind en dat is gelukkig niet in het toeristische centrum en een hotelkamer ziet er ook in alle landen wat hetzelfde uit. Maar geen nood ikzelf heb niet veel nodig om er een avontuurlijke trip van te maken, zo is sojamelk zoeken in een Deense Aldi ook al een mooie uitdaging en is het dichtste dat ik bij de kleine zeemeermin ben gekomen ook in diezelfde Aldi in de rayon van de wasproducten (Ariel hé mensen ik moet mijn moppen toch niet gaan uitleggen zeker). Ach ik heb ook geen nood om op echte citytrip te gaan het parcours was op zich al mooi genoeg langs de kustlijn en daarbij ik heb al een vriend die Birger noemt dus daar moest ik ook niet naar op zoek in Scandinavië. Dat hotelleven dan: Vaak moet je die halve kamer al verbouwen om je fietskoffer nog maar open te krijgen en kijk je naar een gedubte versie van James Bond in het Noors, kan ook Zweeds geweest zijn Bønd Jameson Bønd (klein half uur gezocht naar die doorstreepte o op mijn klavier). Ok ik bekijk het wat pessimistisch maar ik moet tegenwoordig vrouw en kind missen op de wedstrijd, voor diegene die zich toch eens aan het atletenleven willen wagen geef ik graag een tip: Als je in die Deense Aldi broodjes gevonden hebt, en je denkt: ach ik ben op hotel ik eet wel in mijn bed met de tv op. Denk er dan aan geen broodjes te kopen met maanzaad op!
Na mijn overwinning van vorige week werd ik bij de favorieten genoemd voor dit EK. Na het parcours verkend te hebben gaf ik mezelf echter niet zo veel kans. Er waren geen bergen, geen modder, geen niet-gelicencieerde atletenen, geen extreme afstanden en het was dan nog eens zonnig en mooi weer, bovendien werd ik verleden jaar pas 11de op het EK. Landgenoot en titelverdediger Kenneth Vandendriessche was de topfavoriet, bepaalde media berichten over een Belgisch duel wijzelf dachten eerder aan een Belgisch blok (Geen rechtzetting nodig Hans!), de Fransen en de Denen hadden immers ook een sterke ploeg.
We vertrokken voor 10 snelle loopkilometers. Met Kenneth mezelf en mijn Waalse vriend van vorige week Jerome Philippe, ik weet niet goed welke van de twee zijn voornaam is maar Jerom is het meest gepast, namen we de leiding in het lopen. Er werd snel gelopen maar echt afscheiding kwam er niet. Ik liet naar het einde toe een gaatje vallen voor Kenneth zodat de andere hun kaarten wel op tafel moesten gooien. Eerst hield iedereen zijn kaarten voor zich tot Yannick Cadalen in één ruk het gat op Kenneth dichtliep voor de wissel, ok de Fransman had dus goeie kaarten, ik volgde als 3de en had dus ook betere kaarten als gedacht, ik kon bovendien snel wisselen en als 1ste aan het fietsen beginnen. |